Tom Boonen: 'Mijn jokers zijn opgebruikt'

Tom Boonen heeft naar deze Vuelta toegeleefd als was het de Tour de France. Hij ziet er scherp uit en geeft een hongerige en rijpe indruk. De donkere junidagen hebben sporen nagelaten. Dat geeft hij toe, maar toch had de loutering ook een positieve zijde, zegt Boonen.

Hugo Coorevits in Granada

De voorbije twee maanden werkte Tom Boonen in alle rust aan zichzelf. Niet enkel zijn haarsnit is veranderd. Hij wil het niet met zoveel woorden kwijt, maar de Kempense Monegask maakte van zijn gedwongen afwezigheid in de Tour gebruik om de round-up van zijn jeugd te maken. Hij trainde wel als een beest en reed drie rittenkoersen van één week, maar tussendoor vond hij ook tijd om met zijn Lore ertussenuit te knijpen naar Saint-Tropez.

Het stak hem dat hij niet welkom was in de Tour, maar anderzijds deed het hem ook deugd eens langs de zijlijn toe te kijken en een alternatief programma te rijden. Nooit had 'Tornado Tom' in deze periode van het wielerseizoen zo'n grote koershonger. In de lobby van hotel Saray in Granada nam hij gisteren uitgebreid de tijd om vooruit te blikken en achteruit te kijken op een moeilijke periode in zijn leven.

Over het cocaïneplasje zelf ging hij niet in, maar hij praatte wel voor het eerst over deze dagen en weken. 'Ik weet niet of ik mijn wilde haren écht kwijt ben. Ik stel wel vast dat mijn interesses veranderen. Vroeger leefde ik zonder handrem, nu staat die al af en toe op.'

'Nog elke dag denk ik aan die woelige junimaand. Ik besef wel dat al mijn jokers zijn opgebruikt. Dit was een cruciaal moment in mijn leven, zoals iedereen wel zulke passages doormaakt. Alleen komt het bij mij altijd vol in de schijnwerpers. Het waren allemaal kleine dingetjes die elkaar snel opvolgden. De eerste keer geflitst, dan snel erna weer tegen de lamp en een positieve alcoholcontrole. Deze zaak komt volgende week voor. Die dag had ik zieke kinderen bezocht in Leuven. Zaken die ik doe voor het goede doel, maar daar wil ik niet mee in de media. Ik vind dat zo hypocriet. Ik doe dit voor hen en mezelf.'

'Die avond rondde ik met manager Paul De Geyter de contractbesprekingen af met een etentje. We dronken er samen een fles wijn op. Allemaal leuk, tot de politie me staande hield omdat ze me met de gsm aan het stuur hadden opgemerkt. Nu dat drinken zal niet meer gebeuren,

ons moe

heeft me daarvoor een ferme savooi gegeven.'

'Eigenlijk verschil ik in niets van 99 procent van de Belgen, maar in mijn positie heb ik de luxe en het recht niet om net als elke doodgewone sterveling fouten te maken in mijn weg naar de volwassenheid. Ik heb een voorbeeldfunctie. Je krijgt als sportmens een status aangemeten die zegt dat je perfect moet zijn. Toch heb ik veel meer geleerd van de slechte dingen in mijn leven dan van periodes waarin alles goed gaat. Echt, ik ben aan het veranderen. Toen ze begin dit jaar over 'settelen' praatten, liep ik weg. Maar ik heb zoveel meegemaakt in korte tijd dat het proces allemaal versneld is. Was ik geen renner, dan duurde dat proces misschien tot mijn vijfendertigste.'

Hoe heb je die woelige junimaand ervaren?

'Als er met mij iets loos is, zijn het altijd onmiddellijk fiasco's en rampen. Maar dit was écht een bom. Ook voor mij. De eerste dagen sloot ik me op. Ik las niets, ik hoorde niets, ik keek naar niets. Het was al erg genoeg. Ik was in mezelf gekeerd. Ik zag er ook niet uit de dag van de persconferentie. Ik had twee volledig slapeloze nachten doorgemaakt. Ik had echt schrik om buiten te komen.'

'Mijn moeder verplichtte me de fiets te nemen. Ik reed langs boswegjes. Tot ik plots een auto tegenkwam. Er zat een wildvreemde vrouw aan het stuur. Ze draaide haar rampje open en begon tien minuten tegen mij te spreken. Ze zei dat het volk achter mij zou blijven staan. Haar speech was danig overweldigend dat ik tranen in de ogen kreeg. Ik zei haar:

ik ga er alles aan doen om terug te komen

. Toen ik naar huis reed, zat ik bijna te bleiten op de fiets. Dan heb ik gezegd:

foert, ik steek me niet meer weg.

'

Hoe reageerden ze thuis in die eerste dagen?

'Het was erop of eronder. Een middenweg was er niet. Ofwel leerde ik veel uit die periode, of ze stopten me onder de zoden. Als ze ook bij mij thuis hadden

geklopt

of

geschoten...

Ik heb kunnen vaststellen hoe belangrijk het is dat je een hechte familie en omgeving hebt. Vergelijk het met een kind dat thuis moet meedelen dat het een slecht rapport kreeg. Op dat ogenblik is dat voor die jongen ook het allerbelangrijkste in zijn leven. De opvang na zoiets is van doorslaggevende aard.'

Meende je het echt dat je toch naar de Tour wou? Je was toch in een hel terechtgekomen?

'Ik heb niet overwogen om naar het Internationale Sporttribunaal (TAS) te gaan waar ik kansen had. Misschien was het beter zo. Al had ik mijn kop op de Tour staan. Ik vond het doodjammer dat ik de kans niet kreeg om mijn verantwoordelijkheid voor de ploegmaten op te nemen. Normaal verdienen ze daar met mij een

hoop

geld, nu was het

gene vette

. Ik had het gevoel dat ik ze in de steek moest laten.'

Keek je dikwijls?

'Naar de spurten, ja. Ik maakte me altijd redelijk dik. Er liep altijd van alles fout. Telkens die sprint zich aandiende, was ik één brok adrenaline. Polsslag 140.'

Je deed anders wel straffe uitspraken. Het zou met jou erbij zo'n rotvaart niet gelopen hebben met de Brit.

'Is dat een gedurfde uitspraak? Ik heb nog altijd veel meer van Mark gewonnen dan verloren. Hij zat wel in bloedvorm. Het waren de twee topweken uit zijn carrière. Hij zat in de

flow

. Deze Cavendish was een kogel, maar met mij erbij ging hij geen twee keer van achteruit zijn gekomen. De snelheid om naar de spurt toe te gaan lag bijna altijd vijf tot zes kilometer per uur te laag. Ik kijk wel uit naar die Edvald Boasson Hagen. In die zeven jaar dat ik prof ben, heb ik nog nooit zo'n talentboy zien overkomen.'

Je klinkt zo stilaan als een veteraan die het slagveld overschouwt.

'Dit is ondertussen al de negende grote ronde waarin ik start. Het gaat verdomd snel. Midden oktober word ik er al 28. In sommige koersjes ben ik bijna de oudste. Er is ontzettend veel jong geweld overgekomen.'

Nog twee jaar seizoenen en het is voorbij. Enkele jaren geleden orakelde je dat je tot je dertigste zou koersen.

(Schatert het uit)

Neen, ik ga langer door. Zo wil ik ook ooit eens de Giro rijden, misschien mijn laatste jaren. Ik heb ondertussen bij mezelf vastgesteld dat het niet is omdat je een doel bereikt heb dat je geen nieuwe doelen kunt stellen. Ik heb genoeg motivatie om die te vinden.'

Zoals London 2012 waarvan je roept: dit worden mijn Spelen.

'Ja, ik ben er dan bijna 32. Het is een uitgelezen kans voor mij. Het kan voor mij een schoon parcours worden.'

Je verrast ons. In het verleden wist je niet dikwijls waar het daags nadien spurt was in een ronde. Nu som je zomaar de aankomststeden uit je hoofd op en weet je al dat ze zondag in Jaén van de andere kant aankomen. Je hebt zelfs computer, playstation noch skype bij.

'In een grote ronde durf ik de pc thuislaten. Mijn 'abnormaal hoge parcourskennis' zegt ook al veel over de competitiekilometers die ik al op mijn teller heb. Het komt ook omdat ik nu met Weylandt de kamer deel. Wouter is poepzenuwachtig voor zijn grote rondebuut. Ik heb met hem het roadbook overlopen om hem op zijn gemak te stellen. Maar ik hunker ook echt naar de start van deze Vuelta.'

En zeggen dat je hier nog nooit won.

'Ik hoop de nul uit te vegen en wie weet zondag al de 'Vloek van Jaén' weg te werken. Ik sprintte er nog nooit echt goed. Indien ik geen tegenslag heb, trek ik naar Madrid. Tot het einde. Ik rijd graag in Spanje. Er is veel minder stress dan in de Tour. Ik liep door de winkelstraten van Granada. Bijna incognito. Slechts twee mensen merkten Paolo en mij op. Spanje heeft zoveel sportvedetten van wereldniveau dat wielrennen hier maar een nevensport is. Op de top van de cols zie je slechts een kladje mensen en een verdwaalde schaapsherder. Maar je hebt altijd brede wegen en een ontspannen koerssfeer.'

Aangeboden door onze partners

HOOFDPUNTEN

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen